-
1 waver
v. verdwalen; zwerven, dwalen; zich bewegen; knipperen (licht); rillen, beven; instorten; ondermijnd worden; twijfelen, betwijfelen[ weevə]♦voorbeelden: -
2 seesaw between two possibilities
seesaw between two possibilities -
3 seesaw
n. wip (op en neer gaan)--------v. wippen; schommelen, slingerenseesaw1[ sie:so:]1 wip♦voorbeelden:1 play (at) seesaw • wippen, op de wip spelen————————seesaw2〈 werkwoord〉1 (op en neer) wippen ⇒ op en neer wippen, op de wip spelen2 schommelen ⇒ zigzaggen, veranderlijk zijn♦voorbeelden:seesaw between two possibilities • steeds aarzelen tussen twee mogelijkheden -
4 vacillate
v. wankelen, weifelen, schommelen[ væsilleet] 〈zelfstandig naamwoord: vacillation〉 -
5 waver between
waver between
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский